Dikke lagen sediment kunnen in de loop van de tijd veranderen in gesteentelagen.
Hierbij zijn een aantal factoren aanwezig:
- het zware gewicht van de lagen die op en onder de sedimentenlaag liggen drukt het sediment samen.
-in de sedimentdeeltjes zitten poriën, in deze poriën zit water en in dit water zitten opgeloste mineralen. deze opgeloste mineralen kunnen er voor zorgen dat de losse sedimentkorrels aan elkaar vast gaan plakken(verkitting).
Deze dikke lagen sediment worden dus verhard en verkit. Dit veranderd het karakter van het sediment.
Voorbeelden:
-zand wordt zandsteen
-kalk wordt kalksteen
-klei wordt verhard en wordt schalie.
Deze sedimentgesteenten hebben een aantal kenmerken:
-er is bijna altijd horizontale gelaagdheid
-aanwezigheid van fossielen is mogelijk.